Antieke boeken.

 

Haar reactie paste wonderwel in hun plan. Hij had haar gebeld en verteld dat ze een tocht in dat hoge noorden hadden gemaakt, daar stom toevallig die Estrice met een vriendin hadden ontmoet, dat zijn metgezel een uitnodiging voor een bezoek aan hun roedel had gekregen en daar inmiddels was geweest. Meteen moest ze daar alles over weten, had ze hem uitgenodigd, kennelijk razend nieuws­gierig naar wat hij hierover verder wist te vertellen. Even had hij haar enthousiaste invitatie met geveinsde aarzeling wat willen traineren. Altijd even laten spartelen voor je ze op haalde, elke relatie op maat houden en niet in een sleur vervallen, de baas blijven, opdat je er zelf plezier in bleef beleven. En in dit geval om ook iedere achterdocht te vermijden. Maar dat met Verna was meer dan alleen een onderbuikrelatie, ze was mede van belang voor zijn culturele profilering. En ze was onmisbaar voor de afsluiting van hun avontuur in dat hoge noorden. Burton had al gezegd: ‘Kijk hier staat het misschien wel, in dat omcirkelde deel van haar tekst. Maar kun jij er wijs uit worden.’ Het had hem zwaar gedeprimeerd. ‘Die vrouwen zijn ons in alles verre de baas, bezorgen je een minderwaardigheidscomplex. Ik kan ze soms haten.’ Verna zou wel begrijpen wat er stond. Dus even voorzichtig met dit soort grapjes, wilde ze hem niet laten spartelen. Hij kwam dan ook meteen.

 

Op school had het voor jongens nooit zo gemoeten en had ook hij zich laten meeslepen in het je zo makkelijk mogelijk maken en doen waar je zin in had. Verna had hem laten ontdekken wat hij zo was misgelopen. Eenmaal fysiek tevreden mochten ze graag uren met elkaar kletsen over wat haar bezig hield. Dat waren vaak onderwerpen waarover zij zich op de horst eveneens druk maakten. Na elk bezoek kon hij zo Chiavel leuk uitdagen met wat hij weer had bijgeleerd. Zijn band met haar stond dan ook geheel in dienst van de geestelijke be­wapening van hem en van zijn horst. Mocht zeker geen verslaving worden, had Chiavel hem ingeprent. Toch had ook hij geleidelijk aan meer waardering gekregen voor haar en luisterde steeds gretiger naar zijn opgedane voor hem zeer alternatieve visies. Ging hij hem zelfs aanmoedigen zijn relatie met Verna te koesteren en te frequenteren. ‘Dit soort is nu eenmaal zoveel beter geïnformeerd dan wij.’ Helemaal in Chiavels straatje paste Verna’s passie voor een toekomst van de mensheid door de vrouwen heen. Hun fatale misser had de kosmos ze door hen zelf heen geflikt, de genezing daarvan zou door de vrouw heen moeten. Uitvoerig had Chiavel nog naar andere uitwegen gezocht, bijvoorbeeld door hem heen. Maar al zijn nijver poging tot zelfstudie leidden alleen maar tot zelfontgoocheling en zo tot het in­zicht dat zij vrouwen zijn plannen maar hadden waar te maken. Van vrouwen als Verna moest het dus komen.

Zo was het tevens gekomen tot dat eindeloos in die vrieskou achter die twee vriendinnen van Verna draven. Met als afsluiting een uitnodiging ze ook nog eens een paar weken thuis te moeten verwennen. Uit tactische overwegingen hadden ze dat genoegen in eerste instantie aan Burton overgelaten. En die had daar een enorm succes van gemaakt, anders wel dank zij zijn op­merking: ‘ze is een schrijver.’

 

De buit was fantastisch, maar voor leken als zij grotendeels onbe­grijpelijk. Burton dacht dan wel dat hij er iets van begreep. Maar die uitleg sloot helemaal niet aan op de doelstelling van Chiavel. Hij eiste domweg een uitleg die daarop aansloot. Die hadden ze maar zien uit te vinden. Zijn hardnekkige hoop bleef dat zij er niets van snapten. De enige die uit­sluitsel kon geven was zijn Verna, besliste hij uiteindelijk.

‘Levensgevaarlijk en hoe krijg ik haar zo gek,’ had hij tegengesput­terd. Wat ze gedaan hadden, schending van de privacy van een Y-autoriteit, was strafbaar. En waarom zou Verna bereid zijn mee te werken?

‘Wou ze ook zelf niet graag weten wat die Estrice voor haar ge­heim hield?’ Met dat argument had hij zich ten slotte laten overhalen en met als resultaat die onmiddellijke uitnodiging. Burton bleef tegen, begrijpelijk, als dief van haar stukken. Hij wilde eerst nog proberen zijn kennis bij te spijkeren. Maar Chiavel besliste dat het hem nooit zou lukken die genchemiehiërogliefen op haar papieren te ontcijferen. Dus werd het Verna, en via hem.

‘Die is net zo nieuwsgierig als wij. Door haar heen zijn jullie toch tot dit resultaat gekomen. Door haar heen zal het dus verder moeten.’ Verna’s filosofie had hij zich helemaal eigen gemaakt.

‘Zij is net als wij uit op wat die Estrice niet wil weten. Biedt haar dat aan onder de voorwaarde dat zij ons de betekenis ont­huld. Dan is ook zij meteen medeplichtig.’ Met dat plan van actie was hij op pad was gegaan.

 

Op de horst was Chiavel de onbetwiste leider. Het was zijn bezit en hij had geld om wat hij wilde waar te maken, betaalde hun tochten door de bergen. Daarbij was hij niet zuinig en dat gastvrije moest graag zo blijven. Burton en hij waren zijn vaste gasten. Hij vanuit jeugd­sentimenten, ze waren uit één nest, en omdat zijn filter deels aansloot op het zijne, Burton omdat die bij hem hoorde, zijn aangenomen zoon was. Verder was hij zijn geestelijke sparringpartner en verkenner van de buitenwereld. Die gedomineerd door vrouwen maakte Chiavels filter verkering daarmee uiterst moeilijk. Terwijl het zijne ook daar van kon genieten. Om deze relatie zo houden was zijn wil geregeld hun wet.

Alleen, die toekomst waarvan Chiavel droomde. Zelf hield hij het liever op de huidige consolidatie met prettige uitstapjes naar vrouwen als Verna. Levend in volgens hem ook voor mannen het best mogelijk heden hoefden Chiavels avonturen niet zo nodig. Dat noorden was hem best bevallen, beslist nog eens een bezoek waard. Maar dat geheim mocht wat hem betreft wel geheim blijven. Nu had het zich toch geopenbaard en daardoor was hij heel vervelend verzeild geraakt in een affaire met een ongewisse af­loop. In de bergen langs een wand klommen ze puur voor het genoegen van het vermetele. De geestige verhalen van Chiavel over verre perspectieven waren mooi meegenomen als een bron van lering en vermaak. Een sterk en leuk vermogend leider was het volgen best waard. Maar daar moest het wel bij blijven. Idealen waren om over te dromen. Die waar maken was niet meer van deze tijd. Evolutie, goed maar dan gelijdelijk en na zijn tijd, en omwentelingen met geweld en ongewisheden, die beslist niet. Tevens was hij al wat ouder, wat minder gedre­ven en al gericht op afronding. Als dat samen met Chiavel en Verna zou kunnen tot in de lengte van zijn dagen. De horst om zijn conditie en geestelijke strijdlust op peil te houden en haar heim om bij te komen van het soms ruige daar, en voor zijn emotioneel welbehagen. Verouderde mannen uit het noorden weken vaak uit naar het gemoedelijke en warme zuiden. Daar de meeste vrouwen weinig voelden voor het samenleven met één man, en zeker niet om versleten zwervers een rustige oude dag te bezorgen, leefden die hun finale afgang in de daarvoor bestemde zorgseparaten. Daar ver­veelden ze elkaar dan met zwerversverhalen of hoe goed hun genen het deden. Hij zou dat moment van afgang zo lang mogelijk uitstel­len door zijn lichamelijke en geestelijke conditie goed op peil te houden. Mede met dat fundamenteel fanatieke van Chiavel en Verna. Maar die moesten het dan wel bij bekvechten laten, geen onbezonnen toekomsten moeten mogen en revoluties willen ontkete­nen, een oorlog ontketenen waarin hij maar had te sneuvelen.

 

Op de horst was hij welkom zolang hij de klim naar omhoog haalde. Wie het daarin liet afweten liet Chiavel meedogenloos vallen. Was voorlopig nog geen probleem. Lichamelijk van meer dan normale lengte en atletisch afgetraind keken de anderen van hun cohorte graag tegen hem op. Ook gees­telijk onafhankelijk en vrij van een te overgevoelige moraal domineerde hij. In de bergen was onvoorwaardelijk op hem te vertrouwen. Daardoor wist hij zich altijd omringd door volgzame ka­meraden. Nog had hij een uitstekend imago op de horst. Maar hij wist hoe snel zoiets kon veranderen, een kleinigheid, een vervelende bles­sure of ziekte en je was uit beeld. Om Chiavel te vriend houden moest hij daarom wel afmaken wat ze begonnen waren. Maar Verna wilde hij ook niet verliezen met te boute acties met die gestolen waar. En zeker wilde hij niet eindigen als eens zijn vader. Hij vroeg zich af hoe zijn moeder dit probleem zou hebben benaderd.

 

Zijn nuchtere en zakelijke kijk op de wereld had hij van zijn moeder en het wat te avontuurlijke van zijn vader. Nadat die het daardoor even te bont had gemaakt was hij elektronisch begrensd geweest voor de duur van zijn veroorde­ling. Die wel was veroorzaakt door zijn moeder. Met alles uitontwikkeld en in theorie dus eeuwig duurzaam was praktisch onderhoud en herstel van actueel bezit zwaar onderontwikkeld. Voor re­novatie van waardevol antiek was vaak de enige oplossing een over­eenkomstig exemplaar te organiseren als bron voor de benodigde on­derdelen. Dat was het gat in de markt wat zijn moeder zag en ze zijn vader liet opvulden. Zij deed het management en de marketing en hij het verzamelen, het riskante werk. Met als loon het geld voor zijn hobby’s, te dure auto’s en een zeiljacht. En maakte ze hem tot bewust vader van hun zoon Kervin. Liet daarbij zijn opvoeding vooral over aan hem.

Dit gezamenlijk ondernemen ging goed tot zijn vader die langdurige spot met deto opliep. Ging je in de fout dan mocht je een tijd lang niet mee doen, het zelf uitzoeken binnen een redelijk comfortabel separaat. Waar je binnen bleef dank zij een detectiechip. Ging je goed fout dan werd dat er een met deto, kreeg je de keuze voor heel lang of een snel einde. Zijn verzame­len was even te ruw toegegaan en had een slachtoffer geëist werd. Toen zijn vader zijn toekomst in deze separatie niet meer zag zitten, mede om­dat zijn gezondheid in de versukkeling geraakte, zocht hij op de grens van zijn gevangenis dat einde. Hij toen net zes­tien werd zo erfgenaam van een zeiljacht en twee antieke sportwagens. En een collectie antieke boeken die zijn vader als liefhebberij tijdens zijn werk eveneens had georganiseerd. De boot en de auto’s werden een kwestie van ruig potverteren. De romans niet, die bleven hem altijd bij met hun betovering van woor­den, al lezend het jezelf van alles verbeel­den. Daardoor was hij ook een dagboek bij gaan hou­den en zo op het idee gekomen dat Esstrice er mogelijk ook een had.

‘Volgens haar code moet ze alles over haar werk toegankelijk ma­ken voor controle. Maar als ze even iets voor zichzelf wil houden...’ Dat werd de treffer. Tussen een fraaie collectie dichtbundels in prachtband leken haar dagboeken veilig verstopt, maar niet voor Bur­ton, dank zij zijn vader. Maar daardoor zat hij net als die wel met een riskant probleem.

 

***